De dichtwerken, Part 15A. C. Kruseman, 1859 - Dutch poetry |
From inside the book
Results 1-5 of 89
Page 6
... naam en per- sonaadjen , toeloop vinden ; ja ten tweedenmale ter perse gelegd worden , eeniglijk en alleen om den toestel , waar in zij verzinken . Het eerst en meest in het oog loopend verschil bestaat in de keuze der ondergeschikte ...
... naam en per- sonaadjen , toeloop vinden ; ja ten tweedenmale ter perse gelegd worden , eeniglijk en alleen om den toestel , waar in zij verzinken . Het eerst en meest in het oog loopend verschil bestaat in de keuze der ondergeschikte ...
Page 7
... naam van den REI , een gezelschap in , eerst van een onbepaald getal van personen , daar na op twaalf gebragt , en door Sofokles weder tot vijftien vermeerderd ; hetwelke , doorgaans op het Toneel zijnde , van ' t voorvallende ...
... naam van den REI , een gezelschap in , eerst van een onbepaald getal van personen , daar na op twaalf gebragt , en door Sofokles weder tot vijftien vermeerderd ; hetwelke , doorgaans op het Toneel zijnde , van ' t voorvallende ...
Page 11
... naam van BODEN lieten uitvoeren : en op die wijze wordt de Theramenes waarlijk aan de Fedra gehecht . Het kan echter den aanschouwer weinig verschil geven , of hij een verhaal , den Hoofdpersonaadje betreffende , hoort , uit den mond ...
... naam van BODEN lieten uitvoeren : en op die wijze wordt de Theramenes waarlijk aan de Fedra gehecht . Het kan echter den aanschouwer weinig verschil geven , of hij een verhaal , den Hoofdpersonaadje betreffende , hoort , uit den mond ...
Page 18
... naam dierhalve moet men mij niet voorwerpen , om ten nadeele van mijn werk te doen gelden . Mijne overbrenging heeft het voor- recht van , zonder tusschenkomst van eenige vertolking ' , uit het oirsprongklijk - zelf opgemaakt te zijn ...
... naam dierhalve moet men mij niet voorwerpen , om ten nadeele van mijn werk te doen gelden . Mijne overbrenging heeft het voor- recht van , zonder tusschenkomst van eenige vertolking ' , uit het oirsprongklijk - zelf opgemaakt te zijn ...
Page 19
... naam des Thebaanschen volks ; het ONTWERP door Edipus , als bestaande in de pest te doen staken : ' t welk Kreons komst met het uitvorschen en straffen des Koningsmoorders verbindt . Dit maakt het EERSTE BEDRIJF uit , het welk aan het ...
... naam des Thebaanschen volks ; het ONTWERP door Edipus , als bestaande in de pest te doen staken : ' t welk Kreons komst met het uitvorschen en straffen des Koningsmoorders verbindt . Dit maakt het EERSTE BEDRIJF uit , het welk aan het ...
Other editions - View all
Common terms and phrases
Aanteekeningen aart Advokaat alles Amsterdam Ausonius bladz Boekh Boekhandelaar byzonder Cand Catullus Child Clotilde dezer Dichter Dichtkunst Dichtstuk dien Edipus eener eenige eeuw Egade Engelsch Epigram Euripides Fransche gantsch Gedichten geest geheel gelijk gevoel goed Graaf Grafschrift Gravenhage Grieksche Groningen hart Heer heid Homerus Hoogleeraar Horatius hunne king Koning Krekelzangen kunst ladye Letterkunde leven Leyden Lezer Liefde lijk Lofzang Lope de Vega Luit Lycoris maken Mengelingen Mengelpoëzy mensch navolging Navonkeling Nederlandsche nieuwe onze onze taal onzen Dichter oorspronkelijke Ossiaan Ossian oude ouderdom overgebragt Ovidius Percy Pindarus Poëzy Predikant Romance Rotsgalmen Rotterdam Salomo schoon shee smaak Sofokles sterdam Stud stuk stukje stukjens t. a. pl thands thee Theocritus Theol thou Treurspel tusschen Utrecht Vaderland Vafthrudnir verjaring Verspr vertaling verzen VIII Vondel Voorrede vriend vriendenrol wareld wien WILLEM BILDERDIJK woord Zang zelfde zelfs zelve zijner
Popular passages
Page 456 - You violets that first appear, By your pure purple mantles known Like the proud virgins of the year, As if the spring were all your own; What are you when the rose is blown ? So, when my mistress shall be seen In form and beauty of her mind, By virtue first, then choice, a Queen, Tell me, if she were not design'd Th' eclipse and glory of her kind.
Page 444 - Zour haukis bluid was nevir sae reid, My deir son I tell thee, O. O, I hae killed my reid-roan steid, Mither, mither: O, I hae killed my reid-roan steid, That erst was sae fair and free, O.
Page 486 - D'une indigne maîtresse encenser les erreurs, Ramper sous un ministre, adorer ses hauteurs, Et montrer les langueurs de son âme abattue A des amis ingrats qui détournent la vue? La mort serait trop douce en ces extrémités ; Mais le scrupule parle, et nous crie : "Arrêtez.
Page 426 - For ae blast o' the western wind, To blaw the reek frae thee." O then bespake her daughter dear,- — She was baith jimp and sma' : " O row
Page 444 - Why dois your brand sae drap wi bluid, Edward, Edward? Why dois your brand sae drap wi bluid, And why sae sad gang yee O?
Page 434 - Alas, and woe is me! Sigh no more, lady, sigh no more, Men were deceivers ever: One foot on sea and one on land, To one thing constant never. Hadst thou been fond, he had been false, And left thee sad and heavy; For young men ever were fickle found, Since summer trees were leafy.
Page 584 - Never, perhaps, was the change which the progress of civilisation has produced in the art of war more strikingly illustrated than on that day. Ajax beating down the Trojan leader with a rock which two ordinary men could scarcely lift, Horatius defending the bridge against an army, Richard the Lionhearted spurring along the whole Saracen line without finding an enemy to stand his assault, Robert Bruce crushing with one blow the helmet and head of Sir Henry Bohun in sight of the whole array of England...
Page 584 - At Landen two poor sickly beings, who, in a rude state of society, would have been regarded as too puny to bear any part in combats, were the souls of two great armies. In some heathen countries they would have been exposed while infants. In Christendom they would, six hundred years earlier, have been sent to some quiet cloister. But their lot had fallen on a time when men had discovered that the strength of the muscles is far inferior in value to the strength of the mind.
Page 525 - Dignare, Domine, die isto sine peccato nos custodire. Miserere nostri, Domine, miserere nostri. Fiat misericordia tua, Domine, super nos quemadmodum speravimus in te. In te, Domine, speravi ; non confundar in aeternum.
Page 422 - What thing doth please thee most? " To gaze on beauty still." Whom dost thou think to be thy foe? " Disdain of my good will." Doth company displease? "Yes, surely, many one." Where doth Desire delight to live?